
Hoofdpersoon in Het late journaal is politiecommissaris Kostas Charitos. In het verhaal komt hij bot, onsympathiek en ongeïnteresseerd over. Hij heeft een slecht huwelijk en maakt met zijn vrouw veel ruzie op een kinderachtige manier. Tegenover zijn collega’s gedraagt hij zich alles behalve collegiaal. Het is moeilijk na te gaan of hij bedoeld is als een levensechte, realistische politieman of als een karakter met uitvergrote eigenschappen.
In Het late journaal denkt Charitos de moord op een jong Albanees stel snel te kunnen oplossen. Een andere Albanees die de pech had in de buurt te zijn, wordt gearresteerd en tot een bekentenis gedwongen. De bedoeling is dat hij vervolgens veroordeeld wordt en dat Charitos hiermee wederom een zaak succesvol heeft afgesloten. Tot ongenoegen van Charitos steekt het net iets anders in elkaar. Televisie journaliste Janna Karajorgi wordt vermoord in een televisie studio vlak voordat ze live in het late journaal zou vertellen over haar ontdekkingen over de moord op het Albanese stel. Karajorgi had ontdekt dat het stel een baby had en dat die verdween rond de moord. Met frisse tegenzin gaan Charitos en zijn collega’s echt op onderzoek uit. Al snel komen ze erachter dat de concurrentie moordend is in televisiekringen en collegialiteit alleen in naam bestaat. De vraag is of dit genoeg aanleiding is voor moord of dat de dader in geheel andere kringen gezocht moet worden.
Het late journaal geeft een interessante inkijk in de Griekse samenleving begin jaren ’90. In het bijzonder in de Griekse misdaad en politie. Het hoge oplossingspercentage van misdrijven is te danken aan de, in Nederlandse ogen, bijzondere technieken van de politie. Vele politieagenten zijn opgeleid tijdens de kolonelsdictatuur en hebben les gehad van militairen in verhoortechnieken. Na een misdrijf wordt de meest voor de hand liggende dader opgepakt. Deze bekent na een paar stevige gesprekken met de politie. Daarna volgt een veroordeling. En klaar maar weer.
Opvallend detail is dat Het late journaal geheel vanuit het perspectief van een local is geschreven. Ondanks dat het boek zich in Athene afspeelt, ontbreekt de toerist. Dit in tegenstelling tot de boeken van bijvoorbeeld Donna Leon over het Venetië van Guido Brunetti, waarin toeristen vaak wel een rol spelen.
Wat niet ontbreekt is de auto. Kostas Charitos verplaatst zich uitsluitend per auto, net als iedere andere inwoner van Athene. In ieder hoofdstuk staat hij wel enige tijd vast in het verkeer of wordt precies vermeld hoe lang hij over bepaalde ritten gedaan heeft.
Alles tegen elkaar afwegende is het onduidelijk waarom AW Bruna dit boek van Petros Markaris nog een keer heeft uitgegeven. De plot is redelijk, afgezien van het einde waarin Markaris het klassieke konijn uit de hoge hoed tovert en het boek afsluit met zo’n verrassing dat het ongeloofwaardig is. Een verhaal heeft iets nodig waardoor de lezer er in gezogen wordt: een sympathieke hoofdpersoon, spanning die van de bladzijden druipt, goede en soepele schrijfstijl etc. Het late journaal heeft geen van deze elementen. De beroerde schrijfstijl valt Markaris wellicht niet aan te rekenen. Het zou kunnen dat het boek slecht vertaald, dan wel geredigeerd is. Zo veel slechtlopende zinnen, taalfouten en stop- en vulwoorden gevonden dat het leesplezier eronder leed.
Het is te hopen dat de latere boeken van Petros Markaris of beter vertaald en geredigeerd worden of dat ze niet uitgegeven worden en andere auteurs een kans krijgen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten